Leeg
Geen behandeling
Naast reeds besproken behandelingen kan ook overwogen worden om (onderdelen van) een behandeling niet te ondergaan. Het ondergaan van een medische behandeling moet altijd een afweging zijn van werking en bijwerking. Samen met de behandelend arts moet besproken worden wat in patient zijn situatie specifieke voor- en nadelen zijn.
Bestraling
Bestraling, ook wel radiotherapie genoemd, is een plaatselijke behandeling van de borstkas en/of oksel waarbij gebruik gemaakt wordt van straling. Deze straling komt van buitenaf en gaat door de huid heen. Bestraling kan op verschillende momenten worden gegeven, namelijk: in plaats van of na een okselkliertoilet, na een borstamputatie of borstsparende operatie, bij terugkeer van de ziekte of bij uitzaaiingen.
- Huidproblemen
- Vermoeidheid
- Kortademigheid en longklachten
- Lymfoedeem
- Slikklachten
- Drukkende of stekende pijn op de borstwand
- Kwetsbare huid
- Littekenvorming
- Hartklachten
- Kwetsbaar botweefsel
- Schade aan bloedvaatjes
- Langdurige ontsteking van het borstklierweefsel
- Kans op een tweede tumor
Chemotherapie
Chemotherapie is een behandeling met medicijnen (cytostatica) die kankercellen doden of hun celdeling remmen. Chemotherapie wordt gegeven in de vorm van een kuur: eest een periode wel medicijnen, dan een periode geen medicijnen. Chemotherapie kan op verschillende momemten gegeven worden, namelijk: voor of na een operatie, als er sprake is van uitzaaiingen of in de palliatieve fase.
Doelgerichte therapie
Doelgerichte therapie, ook wel targeted therapie genoemd, is een behandeling met medicijnen die specifiek aangrijpen op kankercellen. Deze behandeling is alleen mogelijk als er sprake is van een HER2-positieve tumor. Voorbeelden van doelgerichte medicijnen zijn: trastuzumab, pertuzumab en lapatinib.
Anti-hormonale therapie
Anti-hormonale therapie is een behandeling met medicijnen die de aanmaak van bepaalde hormonen remmen, of hun invloed verminderen. Deze behandeling is alleen mogelijk als er sprake is van een hormoongevoelige tumor. Bij 90% van de mannen is dit echter het geval. Anti-hormonale therapie kan gegeven worden op verschillende momenten, namelijk: voor of na een operatie, als er sprake is van uitzaaiingen of in de palliatieve fase.
Schildwachtklierprocedure
De schildwachtklier is de lymfeklier die als eerste het lymfevocht uit de tumor opvangt. Een schildwachtklierprocedure is een onderzoek om te bekijken of er kankercellen in de schildwachtklier zitten. Wanneer dit laatste het geval is, zal er over het algemeen aanvulende behandeling worden geadviseerd. Aanvullende behandeling kan bestaan uit bestraling en/of in sommige gevallen een tweede operatie om alle lymfeklieren uit de oksel te verwijderen (okselkliertoilet).
Kijk voor de mogelijke bijwerkingen van bestraling in de kolom “bestraling”.
Operatie
Een operatie kan een borstamputatie (volledige verwijdering van de tepel en achterliggende weefsel) of een borstparende operatie (alleen de tumor en omliggende weefsel worden verwijderd, maar de tepel blijft gespaard) zijn. Een borstparende operatie is echter meestal niet mogelijk, omdat er bij mannen maar een kleine hoeveelheid borstweefsel onder de tepel zit.
Borstreconstructie
Na een borstamputatie is er een mogelijkheid tot borstreconstructie. Deze reconstructie kan uit verschillende onderdelen bestaan; het maken van een nieuwe tepel van de huid rondom het bestaande litteken, het maken van een tepelhof door middel van medische tatoeage en het opvullen van een eventuele door de borstamputatie ontstane deuk met behulp van eigen vetweefsel (lipofilling).
Informatie uit deze fact-sheet is deels afkomstig van Kanker.nl en Borstkankervereniging Nederland. Voor meer informatie over de mogelijkheden voor behandeling kunt u terecht op:
Kanker.nl
Borstkankervereniging Nederland